Exclusief Verhaal - Neptune
Het is voorjaar. De zon staat hoog aan de hemel als Chris en ik in de tuin zitten te kletsen over hoe we iets kunnen verdienen.
Het geld is op, en de avonden zijn koud. In het olievat voor het huis zit amper nog drie liter stookolie.
‘Ik denk dat ik die drie liter olie in de benzine Taus doe en dan starten we de auto op aansteker gas. Dan maken we van een benzine auto, een diesel.'
Chris maakt de koperen schroef van het olievat los en laat de olie in een emmertje lopen.
Als hij de dop van de benzinetank losdraait ruik ik de benzine.
Met een opgerold stuk karton maakt Chris een trechter. Even later zit de drie liter benzine in de tank van de auto.
Eerst probeert Chris de auto met gewone benzine te starten, wat lijkt te lukken. Maar zodra de stookolie in de carburateur komt, stopt de auto.
‘Jij moet er gas inspuiten. Misschien dat het dan lukt, als we de auto in Zwaagdijk krijgen hebben we tenminste 15 euro.'
Wonderlijk genoeg start de auto op het gas met stookolie mengsel. Even later rijden we door de polder in de richting van Zwaagdijk.
We stappen beiden in de auto. Als Chris gas geeft, lijkt de oude slooprijpe Taunus een race wagen want de verbranding van stookolie is veel heter dan van benzine.
We rijden door de polder, we lachen omdat we als eersten met een benzineauto op diesel rijden.
Als door een wonder komen we bij de autosloperij in Zwaagdijk aan en krijgen we de oud ijzerprijs voor de oude auto.
De sloper brengt ons terug. Die is stomverbaasd als hij hoort van ons brandstof wonder.
Eénmaal terug bij het huis halen we een kratje bier bij de supermarkt. De klok van de kerk naast het huis slaat vier keer. In de smalle straat waar mijn toenmalige huis staat komt een veel te grote dieplader de straat in. Daar ligt een groot gedemonteerd vliegtuig op, een NEPTUNE van de Koninklijke Marine luchtvaartdienst.
Chris maakt dat hij wegkomt en rent achter het huis, om niet thuis te zijn.
‘Ik vertel het je later wel!’ roept hij nog.
De man aan het stuur van de oplegger vraagt mij kijkend naar mijn huis nummer 21
‘Woont hier mijnheer Hamersma?'
‘Nee, die woont hier niet.’ zeg ik nog.
‘Nou hij heeft op dit vliegtuig ingetekend bij de domeinen. Het is hem gegund, waar kan ik lossen?'
'Mijnheer, niet hier. Ik weet echt nergens van. Ken die hele mijnheer Hamersma niet.'
Met heel veel moeite gaat de man weer weg en neemt zijn vliegtuig weer mee.
Chris komt even later terug.
‘Ik heb ingetekend op een partij vliegtuig aluminium, en nu komen ze met het vliegtuig... een complete NEPTUNE!'
‘Ja, hij was je gegund.’ riep de chauffeur nog. ‘Nou dat is goed afgelopen.' zeg ik nog.
De zon zakt langzaam weg aan de horizon. Weer is er een dag voorbij in het wonderlijke leven van Samson Spin.
Meer verhalen volgen dat beloof ik...
Het geld is op, en de avonden zijn koud. In het olievat voor het huis zit amper nog drie liter stookolie.
‘Ik denk dat ik die drie liter olie in de benzine Taus doe en dan starten we de auto op aansteker gas. Dan maken we van een benzine auto, een diesel.'
Chris maakt de koperen schroef van het olievat los en laat de olie in een emmertje lopen.
Als hij de dop van de benzinetank losdraait ruik ik de benzine.
Met een opgerold stuk karton maakt Chris een trechter. Even later zit de drie liter benzine in de tank van de auto.
Eerst probeert Chris de auto met gewone benzine te starten, wat lijkt te lukken. Maar zodra de stookolie in de carburateur komt, stopt de auto.
‘Jij moet er gas inspuiten. Misschien dat het dan lukt, als we de auto in Zwaagdijk krijgen hebben we tenminste 15 euro.'
Wonderlijk genoeg start de auto op het gas met stookolie mengsel. Even later rijden we door de polder in de richting van Zwaagdijk.
We stappen beiden in de auto. Als Chris gas geeft, lijkt de oude slooprijpe Taunus een race wagen want de verbranding van stookolie is veel heter dan van benzine.
We rijden door de polder, we lachen omdat we als eersten met een benzineauto op diesel rijden.
Als door een wonder komen we bij de autosloperij in Zwaagdijk aan en krijgen we de oud ijzerprijs voor de oude auto.
De sloper brengt ons terug. Die is stomverbaasd als hij hoort van ons brandstof wonder.
Eénmaal terug bij het huis halen we een kratje bier bij de supermarkt. De klok van de kerk naast het huis slaat vier keer. In de smalle straat waar mijn toenmalige huis staat komt een veel te grote dieplader de straat in. Daar ligt een groot gedemonteerd vliegtuig op, een NEPTUNE van de Koninklijke Marine luchtvaartdienst.
Chris maakt dat hij wegkomt en rent achter het huis, om niet thuis te zijn.
‘Ik vertel het je later wel!’ roept hij nog.
De man aan het stuur van de oplegger vraagt mij kijkend naar mijn huis nummer 21
‘Woont hier mijnheer Hamersma?'
‘Nee, die woont hier niet.’ zeg ik nog.
‘Nou hij heeft op dit vliegtuig ingetekend bij de domeinen. Het is hem gegund, waar kan ik lossen?'
'Mijnheer, niet hier. Ik weet echt nergens van. Ken die hele mijnheer Hamersma niet.'
Met heel veel moeite gaat de man weer weg en neemt zijn vliegtuig weer mee.
Chris komt even later terug.
‘Ik heb ingetekend op een partij vliegtuig aluminium, en nu komen ze met het vliegtuig... een complete NEPTUNE!'
‘Ja, hij was je gegund.’ riep de chauffeur nog. ‘Nou dat is goed afgelopen.' zeg ik nog.
De zon zakt langzaam weg aan de horizon. Weer is er een dag voorbij in het wonderlijke leven van Samson Spin.
Meer verhalen volgen dat beloof ik...